Bjorn Beijnon: “Volt noemt extreemrechts expliciet omdat het een georganiseerde, ideologisch gedreven aanval op LHBTI-rechten voert.”

volt1

Politiek. Gaykrant sprak met Bjorn Beijnon, 31 jaar, docent in het hbo, promovendus aan de Universiteit van Amsterdam en #5 op de kandidatenlijst van de partij Volt voor de Tweede Kamerverkiezingen. In dit vraaggesprek vertelt hij openhartig over zijn drijfveren, zijn onderzoek naar big tech, en zijn zorgen én hoop voor de regenbooggemeenschap. Hij is een van de jonge mensen die het waagt om in de politieke arena te stappen waar politici zich als gladiatoren moeten gedragen, omringd door een joelend en scheldend publiek. Voor lhbti’ers kan hij verschil maken.

Tekst en portretfoto: Bamber Delver. Foto in paars: Volt

Hoe kwam jij in de politiek terecht?

Bjorn Beijnon: “Dat begon eigenlijk tijdens de coronacrisis. Iedereen zat binnen, en ik zag hoe populistische partijen terrein wonnen. Als queer persoon zag ik de acceptatie van onze gemeenschap afnemen, terwijl geweld en discriminatie toenamen. Toen dacht ik: er moet iets tegenover komen. Dat werd mijn startpunt. Ik begon lokaal in Den Bosch, zette samen met anderen een lokale afdeling op, organiseerde evenementen, werd voorzitter. Stap voor stap kwam ik dichter bij de landelijke politiek. Maar de drijfveer bleef hetzelfde: zichtbaar zijn, en zorgen dat ook anderen zich gezien voelen.”

Je weet dat de politiek een harde wereld is. Ben je voorbereid op persoonlijke aanvallen?

Bjorn: “Ik weet dat ik mijn hoofd boven het maaiveld steek. Dat betekent dat er klappen zullen komen, zeker als ik me uitspreek over de regenbooggemeenschap. Maar ik zie het ook anders: elke keer dat je in de spotlight staat, stel je jezelf kwetsbaar op. Dat is spannend, maar ook nodig. Wat we missen in de politiek is juist het menselijke. Ik neem liever dat risico, dan dat ik zwijg. Want zwijgen betekent dat anderen jouw verhaal voor je invullen. En daar wil ik niet aan meedoen.”

Naast je politieke werk doe je onderzoek naar big tech. Wat fascineert je daar zo in?

Bjorn: “Die bedrijven beloofden ooit alles: vrijheid, openheid, progressieve waarden. ‘Don’t be evil’, zei Google ooit. Maar ondertussen werden er profielen van ons opgebouwd die steeds meer gingen bepalen wie we zogenaamd waren. Terwijl dat dataprofiel niet meer is dan een karikatuur van jezelf. Social media hebben zeker veel goeds gebracht. Voor queer jongeren kan het een levenslijn zijn: in één klik vind je een community. Maar diezelfde platforms kunnen ook haat versterken en identiteiten misbruiken. Het is die dubbelheid die me intrigeert: vrijheid en controle, hand in hand.”

Je spreekt vaak over cynisme in de samenleving. Wat bedoel je daarmee?

Bjorn: “Wat me zorgen baart, is hoe cynisch we zijn geworden. Ik zie het bij mijn studenten: ze geloven niet dat er nog iets verandert. Cynisme is bijna een overlevingsstrategie geworden. Maar in een wereld die in brand staat, is cynisme een luxe die we ons niet kunnen veroorloven. We zijn allemaal een beetje murw geslagen. We lachen om reclame, volgen influencers maar geloven hun woorden niet. Het is een soort collectieve verdoving. De enige uitweg is collectiviteit: het idee dat je niet alles alleen hoeft te dragen. We moeten opnieuw leren dat gemeenschap sterker is dan het individu.”

volt2 

Hoe kijk je naar de toenemende intolerantie tegen lhbti’ers?

Bjorn: “Het mechanisme is altijd hetzelfde: door naar beneden te trappen, til je jezelf op. Vroeger ging het over werkende vrouwen die ‘het werk van de mannen afpakten’, nu zijn het transpersonen. Het is oude wijn in nieuwe zakken. Wat mij hoop geeft, is dat er als het gaat om techindustrie alternatieven groeien. In de zogeheten Fediverse (*) ontstaan nieuwe online ruimtes, gebouwd door en voor gebruikers. Geen algoritmes die je sturen, maar gemeenschappen die zelf de regels maken en bewaken. Juist veel queer jongeren zijn daar actief. Ze bouwen hun eigen veilige plekken. Dat stemt me vrolijk en hoopvol.”

In het verkiezingsprogramma (****) van Volt wordt slechts 1 groep, namelijk extreem rechts, genoemd als bedreigend voor de lhbti+’ers. Dat klopt, maar uit onderzoeken blijken ook andere groepen actief te discrimineren. Zoals jongens met een allochtone en islamitische achtergrond, staat in het rapport (**) door de gemeente Amsterdam dat trouwens door de wethouder is geprobeerd weg te houden. Uit een ander onderzoek door Erasmus Universiteit Rotterdam, 'Richten op de Regenboog' (***) blijkt dat er andere daderprofielen bestaan dan alleen uit extreem rechtse hoek. Hoe komt het dat Volt dit niet noemt? Is benoemen wat er aan de hand is niet de eerste stap naar verandering?

"Eerlijk zijn over feiten hoort erbij, maar zonder hele groepen te stigmatiseren. De onderzoeken die je aanhaalt laten zien dat daderprofielen meervoudig zijn: vaak jonge mannen, groepsdruk, soms onder invloed. In sommige contexten zie je inderdaad ook oververtegenwoordiging van jongens met een migratie- of islamitische achtergrond. Dat moet je kunnen benoemen, anders kun je niet gericht ingrijpen op wat er speelt: groepsdruk, status, en masculiniteitsnormen. Maar 'vaker in de cijfers' bewijst niet dat het 'in de cultuur zit': cijfers signaleren situaties, geen identiteiten. Zonder context wordt een statistiek al snel een stigma. 

Waarom staat dit niet scherper in het Volt-programma? Heel eerlijk: dat had van mij wel gemoeten. We noemen extreemrechts expliciet omdat het een georganiseerde, ideologisch gedreven aanval op LHBTI-rechten voert. Straatgeweld op onze gemeenschap vraagt om een andere aanpak: betere registratie, discriminatoir motief zwaarder laten meewegen in straffen, en preventie op risicoplekken, zoals school, sport, uitgaansleven en OV, met professioneel jongerenwerk, ouders of mentoren."

Waar ligt volgens jou de sleutel tot verandering? Ik merk ook bij mezelf dat het moeilijk is om de moed erin te houden in de steeds intoleranter wordende wereld van nu.

Bjorn: “Bij collectiviteit. We hebben empathie en positiviteit nodig om tot gelijkwaardigheid te komen. Het individu mag niet langer de maatstaf zijn. Het idee dat je alles zelf moet oplossen, verlamt mensen. Terwijl er zoveel kracht schuilt in gemeenschap. De wereld staat in brand. Dat vraagt van ons dat we opnieuw kiezen voor elkaar. Niet als dataprofielen, niet als individuen die elkaar beconcurreren, maar als mensen die samen iets willen dragen. Dáár begint echte verandering.”

(*) Fediverse: Het fediversum (Engels: fediverse, een mengwoord van "federatie" en "universum") is een verzameling van onderling verbonden (oftewel gefedereerde) servers voor bestandshosting en websites zoals sociale netwerkenblogs, of microblogs

Onderzoeken naar discriminatie en daders:

(**) Gemeente Amsterdam, lhbti discriminatie: https://openresearch.amsterdam/nl/page/73890/actieonderzoek-anti-discriminatie-lhbtiq 

(***) Erasmus Universiteit, Richten op de Regenboog: daderprofielen anti lthbi geweld:

 www.wodc.nl/actueel/nieuws/2024/03/20/dit-is-bekend-over-daders-van-lhbtq-gerelateerd-geweld

(****) Verkiezingsprogramma Volt: https://voltnederland.org/verkiezingsprogramma-2025